Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wat man leeft er, die [86]den dood niet zien zal, [87]die zijn ziel zal bevrijden [88]van het geweld des grafs? Sela. 86. Dat is, die niet zal sterven. Zie dergelijke wijze van spreken Luk.2:26; Joh.8:51. 87. De zin is: Wat is het van node dat Gij uwe macht tewerk stelt om ons te vernielen, aangezien wij toch in generlei wijze den dood kunnen ontgaan. 88. Hebr. van de hand des grafs, of der hel. Hebr. scheol.